donderdag 13 mei 2010

Regen.

De regen viel op mij neer, krachtig, systematisch. Het was een typische zomerregen. De geur van de zinderende hitte die overdag gold werd weggespoeld door de hoosbui, die gepaard ging met donderslagen, en resulteerde in een aroma van frisheid. Ik nam een flinke teug lucht, blies hem langzaam uit. Ik liep over de boulevard, op weg naar weet ik veel wat. De kilte deed mij rillen. Mijn doorweekte, lange, donkerbeige getinte, nu door de regen bruine jas voelde aan als een blok beton, rustend op mijn schouders. Mijn schoenen waren doorweekt, maar het maakte me allemaal niet meer uit. Het boeide me voor geen ene meter. Al zou de wereld nu vergaan, het deed me niets. Maar dan ook helemaal niets. De tranen liepen over mijn wangen. Het zilte, verenigd met het zure van de regen. Daar op die drukke boulevard. Snikkend, jammerend. De drukte ontging me, liet me koud, koud als de regen. Geen mens keek naar me om, zoals ik gewend was. En het enige, het enige dat ooit naar me om gekeken had, deed dat nu ook niet meer. Ik had het verkloot. Verneukt. Ik had het enige dat me ooit lief was, overboord gegooid. Ik had het weggegooid als een doosje van een willekeurige fast-food keten. Ik had het gekwetst tot in de diepste zin van het woord, het misbruikt, de waarde ervan verkeerd ingeschat. Ze trok het niet meer, het was genoeg. Ook al was het nog zo’n warme zomer, de druppel was toch gevallen. De druppel die de emmer deed overlopen. Alleen was het geen emmer. Het was een vijver, een sloot, een rivier, een meer, een stuwmeer vol. Een meer vol gevoelens. En door die overdaad aan druppels was de dam gebarsten. De kolossen aan water waren naar beneden gestort, de eenzaamheid in. Tezamen met mijn tranen, die over mijn gezicht naar het koude asfalt vielen. Zich tot een poel van verdriet vormden, daar op die met feestlichtjes verlichte boulevard. Langzaam dropen ze af, het riool in. Het riool genaamd mijn leven. Ik zag mijn eigen treurige beeld in de reflectie van het water dat over de straat danste. Door de regendruppels beïnvloed, dansend op de muziek van Chopin, die door mijn oordopjes gierde. De oneindige stroom tranen, de oneindige stroom regen, de oneindige stroom verdriet. Het was allemaal mijn schuld. De enige die mijn gevoel verdiende, mijn liefde verdiende, en dat met al haar hart teruggaf had ik daar, op die ijdele zondagavond kapotgemaakt. Ik had het allemaal verwoest, verpulverd, vertrapt onder mijn designerschoenen. Het enige dat me nu nog restte, was het nemen van mijn eigen leven.
                Ik was aan het einde van de boulevard, die pier was links, de hoofdstraat rechts. Ik liep de pier op. En ook al had ik alles wat ik maar kon wensen, was ik leeg, hol. De pier werd verlicht door de kermis. Het reuzenrad, door het zeewater gereflecteerd in een oceaan van kleuren, de mensen lachend, vrolijk, zoals het hoort. Stelletjes, elkaar zoenend bij de houten balustrade. Het geluk bij elkaar in de ogen vindend, hopend op een gelukkig leven met elkaar, een mooie trouwerij, een kindje, huisje, boompje, beestje. Het leek wel een parade, een parade van geluk, een parade van welzijn. En ik, ik hoorde daar niet bij. Ik was het compleet tegenovergestelde. Les Miserable. Hamlet in de rechterhoek, ik in de linker. Vechtend voor geluk, ik knock-out in de eerste ronde. Het einde van de pier was nabij, het einde van mij ook. Ik pakte mijn verfrommelde pakje Marlboro uit mijn zak, en stak mijn laatste sigaret aan. Ik stond daar, rustig hijsend aan mijn sigaret, kijkend naar de oneindigheid van de zee. Mijn moed verzameld, plaatste mijn ene voet op de balustrade, vond mijn evenwicht en plaatste mijn tweede. Tranen van verdriet over mijn wangen rollend, de kille zee in. Geluiden van mensen die gilden bereikten mijn oren, maar ik kon geen onderscheid maken tussen het geschreeuw, het ruisen van de zee en de laatste noten van Chopin. Opus 25, Études à sop ami Mme la Comtesse d'Agout. Ik nam een diepe, laatste teug van mijn sigaret, sloot mijn ogen en liet me voorover vallen. De zee in, de kilte in, mijn dood tegemoet.


WORDT VERVOLGD...

1 opmerking: